Blijven
Een wijze vrouw zei, de kern van alle beoefening is
“blijven”. Het is het meest eenvoudige, gewoon aanwezig zijn, hier zijn, in dit
moment, bij wat je opmerkt, bij wat er is, bij wat je schrijft. Tegelijk is het
misschien wel de lastigste oefening die bestaat. We zijn gedachtendwalers, we
zijn willers en moeters, veranderaars en vluchters en afleiding zoekers. We
laten ons meeslepen door van alles en nog wat. Hoe lang kunnen we blijven? Hoe
lang kunnen we werkelijk helemaal aanwezig blijven?
Misschien is dat wat we oefenen. Blijven bij de adem in dit
moment. Blijven bij de ervaring die zich ontvouwt. Blijven in het contact met
iemand anders. Blijven bij een beweging die we maken. Blijven bij het
gewaarzijn van onszelf. Blijven in het leven, seconde voor seconde.
Blijven vraagt een soort openheid, een bereidheid. Het
heeft iets te maken met geduld, met acceptatie, met niet hoeven weten, met
loslaten, met zonder oordeel zijn, met het stoppen met streven, met vertrouwen.
Het is eenvoudig en toch niet simpel. Maar we kunnen eindeloos opnieuw
beginnen. Ieder moment is perfect en een uitnodiging om te blijven. Niet
weggaan, niet willen, hopen, verlangen, niets afhouden, niets oproepen.
Blijven. Vertoeven, verwijlen, voortbestaan, in dit moment. Met wat er nu is.
De moed vatten, er gewoon helemaal te zijn.
Zet je pen op papier: blijf de hele tien minuten schrijven.
Als je niet meer weet wat je moet schrijven, schrijf je op dat je niet meer
weet wat je moet schrijven. Schrijf over
blijven. Waar blijf jij bij? Bij wie? Wordt je “blijven” wel eens op de proef
gesteld? Ben je goed in blijven, ben je meer een dwaler, keer je eindeloos
terug? Schrijf over blijven… of over verdwalen. Blijf schrijven. Tot het
einde. 10 minuten.
Weer
Zoals in de natuur het weer bestaat. Zo is dat er ook in
ons. Het is als een soort grondstemming die we kunnen opmerken en die van
moment tot moment kan veranderen. Onze aandacht kan ruimte maken voor alle
soorten weer. Het weer zijn de tijdelijke omstandigheden, het gewaarzijn in het
moment. Soms zijn we bezig met willen dat het weer anders is… dan het is. Op
andere momenten kunnen we helemaal ruimte bieden aan het weer dat NU is.
Beoefening is de kunst ruimte te bieden op een manier zoals
het hemelgewelf dat doet. Ruimte bieden aan elk soort weer. Ons innerlijk weer.
Hoe kunnen we zo zitten en zijn in aandacht, dat het weer zich daarin kan
bewegen? Wolken, zon, regen, regenbogen, rust, woestheid, kou, vrede, onrust,
bliksem, een zachte bries. Hoe kunnen we zo aanwezig zijn dat er plaats is voor
alles dat is? We hoeven het weer niet te veranderen of bij te schaven. We
bieden ruimte en merken op. Dat doe je ook met schrijven. Je lege bladzijde is
de ruimte die je biedt voor elk innerlijk weersoort, elke grondstemming in ons,
die je pen wil neerschrijven. Alles kan gewoon een plek krijgen. Het gaat erom
ruimte te bieden aan wat is. Een voorbeeld nemend aan de oneindige ruimte die
het hemelgewelf biedt. En elk weer welkom te heten.
Zet je pen op papier: schrijf
over weersomstandigheden. Een herinnering aan het weer. Een weersoort waar je
van houdt, een weersoort dat helemaal niet bij je past. Biedt ruimte aan alles
dat in je opkomt. Ook emoties zijn innerlijke weersoorten, misschien komen ze
ook in je op. Je papier is het gewelf, je pen schept het weer op je papier.
10 minuten.
Afleiding
Afleidingen zijn altijd aanwezig. Het is heel menselijk. We
richten onze aandacht…en ineens, soms zonder dat we het opmerken, zijn we
helemaal verdwenen in een gedachte of iets anders dat ons afleidt. Wanneer je
een hele ademhaling probeert te volgen in je aandacht merk je dat dat zelfs al
een hele kunst is. Je hoeft niet te proberen je aandacht strak te focussen en
te disciplineren. Misschien kun je je beter toeleggen op terugkeren. Steeds
weer terugkeren naar dit moment, naar wat zich nu aandient, wat zich nu
ontvouwt. Eindeloos opnieuw beginnen. Zonder oordeel, zonder in gevecht te gaan
met jezelf.
Onze wereld is vol afleiding. Vol prikkels. Vol “waan van
de dag”. In Mindfulness noemen we dat soms de maalstroom van het leven. We
bevinden ons tegelijk in allerlei stromen die ronddraaien. Werk, familie,
gevoelens, inspiratie, informatie, gedachten, vragen, gebeurtenissen. Het is de
kunst telkens terug te keren naar wat nu werkelijk waar is. Dit moment. Deze
sensatie, deze ademteug. Afgeleid raken is heel menselijk, oefen maar in
terugkeren. Schrijven helpt daarbij. Schrijven is een soort roer dat je in handen
kunt nemen te midden van alle stromen in en om je. Je beschrijft waar je bent,
wie je bent, wat er in je omgaat, wat er in je opkomt. Zo houd je koers.
Zet je pen op papier: schrijf
over afleiding. Hoe leid je je zelf af? Hoe verstrooi je je aandacht? Waarmee
leid je jezelf af? Waarin verlies je je regelmatig? Schrijf over afleiding.
Welke dingen doe je om niet te hoeven zijn bij wat hier en nu is. Schrijf
zonder oordeel. Je bent mens. Dat zijn we allemaal. Schrijf over afleiding.
10 minuten.
Alleenheid
Wanneer voel je je het meest alleen
Of ben je goed in het vermijden daarvan
Alleen kan prettig zijn, en soms ook naar
Wanneer voel je je het meest alleen
Is het wanneer je werkelijk alleen bent
Of soms juist in de menigte, of bij iemand die geen
aandacht heeft
Wanneer voel je je het meest alleen
Of ben je goed in het vermijden daarvan
Schrijf een brief aan je dagboek
Onthoud steeds dat je niet direct hoeft te weten wat je wilt
schrijven. Je hoeft niet direct een antwoord te hebben. Je mag dwalen,
mijmeren, zigzaggen in je schrijven. Schrijf een brief aan je dagboek, over
wanneer je je het meest alleen voelt. 10 minuten.
Luisteren
Beoefenen is een vorm van diep-zelf-luisteren. Het is het
naar binnen richten van je aandacht. Een onbevangen, onbevooroordeeld, niet
wetend luisteren. Niet alleen naar geluid, maar ook naar sensaties, naar je
adem, naar je denken en je voelen. Luisteren is een openstaan voor wat er tot
je komt. Om te kunnen luisteren moet je zelf stil worden. Stil zitten, niets
doen, geen afleiding, geen taken, lege tijd, leeg vel papier. De open, witte,
lege ruimte betreden. Dag na dag. Moment na moment. Luisteren is niets
inbrengen, enkel ontvangen, opmerken, zonder er meteen een betekenis of een
verhaal aan te koppelen. Het vraagt een soort bescheidenheid. Een
niets-zijn-heid, om werkelijk open te zijn voor alles dat tot je komt.
Schrijvend is dat niet anders. Je hebt een leeg vel papier, je luistert naar
binnen, naar wat opkomt in dit moment, of naar de vraag die je als aanzet
meekrijgt. Dan luister je naar je pen en je geeft die de vrije teugel. Zoals je
kunt paardrijden met hele losse teugels. Wat er ook gebeurt, je blijft op het
paard, je schrijft door, je luistert. En je schrijft alles dat opkomt, zonder
iets te sorteren in goed, fout, normaal, raar, zinnig, onzinnig. Je ontvangt
vanuit je bescheidenheid. En je staat voor alles open.
Zet je pen op papier: Som
een stuk of tien dingen op waar je nooit over schrijft, of waar je niet over
wil schrijven. Kies er eentje. Schrijf erover. Laat alles tevoorschijn
komen. Je mag verlegen zijn of woest schreeuwend, je mag braaf zijn of heel
ondeugend. Je mag verlegen zijn of vrijpostig. Schrijf maar wat opkomt. 10
minuten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten